Waarom de Vrije Markt?

de vrije markt op de Ten Kate Markt

 

Al onze producten zijn van de hoogste kwaliteit en afkomstig van vrije bedrijven zoals ZZP’ers, werkers- en kleine boerencoöperaties. In plaats van bazen en aandeelhouders, zijn de mensen die het werk doen vrij om zelf te beslissen over hun werk. En wat ze doen met de opbrengst. Waarom is dit belangrijk?

Doordat ze dit zelf-bestuur hebben, draait het werk niet alleen om geld verdienen. Het gaat om hun passie een uitstekend product af te leveren. En bredere doelen van de werkers en hun gemeenschappen komen zo ook naar voren. Regelmatig ondersteunen vrije bedrijven dan ook andere sociale projecten. Dit alles gebeurt bovendien met groot respect voor het milieu. Vanuit overtuging, maar ook omdat het om hun eigen leef- en werkomgeving gaat. Op deze website vind je uitgebreidde informatie over deze bedrijven en de vrije distributeurs waarmee we samenwerken.

In het verkopen van deze producten zijn wij ook zelf een vrij bedrijf. Zo proberen we onszelf te bevrijden van de controle van mensen die ons willen gebruiken om geld mee te verdienen. En bouwen we aan een solidaire, vrije economie. Een economie die samenwerkt met de natuur. Die de basis vormt voor een rechtvaardige samenleving en een betere wereld. Bouw je met ons mee?

De Vrije Markt is dus geen gewoon bedrijf, en zelfs geen gewoon vrij en democratisch bedrijf. We hebben een missie! En die is: het uitbouwen van een fundamenteel andere economie, in handen van de mensen die het werk doen. Met kernprincipes als vrijheid en gelijkwaardigheid, met respect voor de natuur. Dat doen we door producten te verkopen van bedrijven die al zo opereren. En ook door het verspreiden van ideeën die daarbij passen. Bovendien zijn we sinds 1-8-2021 zelf een vrij bedrijf, in de vorm van een werknemerscoöperatie. Daarvoor was het een ZZP-project.

Hoe is het zover gekomen? Lees hieronder het persoonlijke verhaal van de oprichter:

Na(ast) mijn studies heb ik op verschillende plekken gewerkt. In een fabriek, de supermarkt, een fietswinkel en daarna in de zorg. Natuurlijk had ik het op de ene plek meer naar mijn zin dan op de andere. Toch merkte ik na een tijd dat ik ook overal tegen hetzelfde aanliep. Mensen op de werkvloer hebben weinig tot helemaal niets te zeggen over hun werk. Terwijl wij toch degenen zijn die alles draaiende houden. Te vaak werden we ook nog respectloos behandeld. En bijna altijd was er sprake van uitbuiting: je werk is (veel) meer waard dan je er voor betaald krijgt. Hoe kleiner het bedrijf is, hoe menselijker het vaak is. Daar zie je ook regelmatig goede ondernemers, met hart voor de zaak én de mensen die er werken. Toch zie je ook dan dat er geen sprake is van democratie: onze economie bestaat uit concurrerende dictaturen.

Tegen de uitwassen daarvan ben ik trouwens met anderen een solidariteitsnetwerk begonnen. Het idee hierachter is dat we sterker staan als we voor elkaar opkomen. We zijn erg blij met de successen die we hier mee behalen. Zie voor meer informatie www.vloerwerk.org .

Burn-out van de zorg

Ondertussen bleef ik op zoek naar werk vinden waarin ik me goed voelde. Na twee universitaire studies begon ik aan een HBO-opleiding tot verpleegkundige, om in de psychiatrie aan de slag te gaan. In eerste instantie voelde ik mij hier erg thuis. De collega’s zetten zich met hart en ziel in voor mensen met vaak heftige problemen. Met soms mooie resultaten. Maar toch bleek ook dit uiteindelijk een ‘gewoon’ bedrijf, waarin mensen als een soort handelswaar werden gezien. Ook begon ik meer en meer te twijfelen aan de manier waarop (dwang)medicatie en vrijheidsbeperkende maatregelen werden ingezet.

Omdat ik in de voorgaande jaren ook al teveel hooi op de vork had genomen kreeg ik uiteindelijk een burn-out. Daarop moest ik te snel reïntegreren en kreeg ik opnieuw een burn-out. Toen mij opnieuw een te snel reïntegratietraject werd opgedrongen probeerde ik mijn grenzen te stellen. De eigen regie hierin werd me totaal ontzegd. Iets dat ik ook al zo vaak bij cliënten had zien gebeuren. En dat terwijl ‘eigen regie’ juist centraal zou staan in de zorg die de organisatie bood. Ik was er helemaal klaar mee. Maar wat dan?

Maar wat dan?

Een van de weinige positieve dingen van een burn-out, is dat je alle tijd hebt om na te denken. En je gaat vooral nadenken over: wat wil ik nou echt? Wat drijft mij? Langzaam kwam ik steeds dichter bij mezelf en besefte ik me dat ik daar moest blijven.

Ik heb mij altijd aangetrokken gevoeld door ideeën over een vrije, democratische wereld. En daar hoort een vrije, democratische economie natuurlijk bij. En daar horen weer allerlei ideeën over alternatieve manieren van samenwerken bij. Hoe meer ik me erin ging verdiepen, hoe meer ik er bovendien achter kwam dat deze ideeën op veel plekken al in de praktijk worden gebracht. Zo is er in Nederland al een schoonmaakbedrijf waarin de medewerkers samen het bedrijf besturen. En in het buitenland is er nog veel (véél) meer. Wat zou ik graag zelf zo willen werken!

Maar hoe? En toen dacht ik: waarom importeer ik niet producten die op deze manier zijn gemaakt, om die op de markt te verkopen? Dan begin ik mijn eigen vrije bedrijf! Zo kunnen ik en later hopelijk ook anderen ons geld hiermee verdienen, en dit soort intiatieven op andere plekken ondersteunen. En tegelijkertijd promoten we het idee van vrije bedrijven aan iedereen die het horen wil!

En die naam..?

Tot slot nog even over de naam ‘De Vrije Markt.’ Natuurlijk zit daar wel een knipoog in 😉 Vrijwel iedereen denkt bij ‘de vrije markt’ en ‘economische vrijheid’ juist aan de dictatoriale bedrijven zoals de meesten nu zijn. Die dan zonder overheidsbemoeienis een zo groot mogelijke winst nastreven voor de bedrijfstop en de aandeelhouders. Bij ‘(vrije) marktwerking’ denken mensen aan de privatisering van de NS, de nutsbedrijven, in de zorg. Waarbij relaties tussen management en medewerkers vaak alleen maar autoritairder worden, en de dienstverlening er nou niet bepaald op vooruit lijkt te gaan. Met, afhankelijk van wie je het vraagt, enorm leed en/of enorme welvaartsgroei als gevolg. Maar ongeacht wie in die discussie het bij het rechte eind heeft, wat is daar dan vrij aan? Hoe zit er vrijheid in die manier van samenwerken, in die economie?

Nee, doe mij dan maar echte economische vrijheid: bedrijven waar de medewerkers vrij zijn om met elkaar te bepalen wat en hoe(veel) ze produceren aan diensten of goederen. En wat ze doen, met (de opbrengst van) wat ze immers zelf hebben geproduceerd. Het zou me ook niet verbazen, als er dan vaker voor sociale en duurzame oplossingen wordt gekozen. Dat blijkt in ieder geval uit de voorbeelden die ik ben tegen gekomen. Doe mij dus maar een echte vrije markt, een markt van vrije bedrijven. Vandaar ‘De Vrije Markt’!

Lijkt een echte vrije markt jou ook wat, en heb je daar ideeën of concrete projecten over? Of heb je een ander idee waarvan je denkt, dat we daar misschien wel bij kunnen helpen? Neem dan zeker contact op.

Menu